Poortkatheter

“Ik geef de bewaardoos mee. Als je even je borst niet draagt, kun je hem dan in het bedje leggen.” Ik schiet in de lach. Ik ken er twee die dat grappig gaan vinden, dat mama's borst ook in bed moet. We zijn nu 4 april, vijf weken na de amputatie en ik heb een afspraak in een speciaalzaak voor borstprotheses en alles dat daarbij komt kijken. Op de tweede dag na de operatie krijg je een voorlopige, zachte prothese. Na 5 a 6 weken, wanneer het litteken genezen is, kun je een 'echte' prothese uit silicone gaan halen. Het is een vak apart, maar de dame in de winkel ziet door haar jaren ervaring haast op zicht welke maat en vorm ik nodig heb. Ik krijg mijn nieuwe borst direct mee. De kinderen willen natuurlijk eens kijken en de zoon merkt wijselijk op dat er nu een tepel opstaat. Inderdaad, op de zachte prothese niet. De jongeheer blijkt een kenner.

De dame in de winkel moet me helpen aan- en uitkleden voor het passen van de prothese. Gisteren werd namelijk de poortkatheter geplaatst. Vanaf nu geen blauwe uitstortingen meer op mijn arm, maar voortaan zal er geprikt worden via de katheter. Dat ding werd geplaatst onder lokale verdoving. Zouden die verpleegkundigen en chirurge gedacht hebben dat als ze de zone rond mijn schouder verdoven mijn oren eveneens verdoofd zijn? De gesprekken gingen vrolijk verder over koetjes en kalfjes. Bovendien weinig geruststellend dat er iemand kwam meekijken die nog niet exact wist hoe zijn handschoenen aan te trekken zodat de boel steriel blijft. Je moet het maar lijdzaam ondergaan. Op zich duurde de ingreep niet lang. Ik hoorde plots de chirurge zeggen dat het niet goed zat. Ze vroeg me of ik iets in mijn hals voel? Nee hoor, alles ok! Twee seconden later voelde ik iets duwen in mijn hals en riep ik verschrikt: “Nu wel, nu wel!" De katheter had blijkbaar de verkeerde afslag genomen richting mijn hals in plaats van naar het hart. Ze probeerde opnieuw, nu met succes. Ik piepte dat ik toch bezorgd was dat het niet goed zat. Op mijn vraag of ze nog een foto zouden nemen (dat hadden ze me de dag voordien tijdens de rondleiding op het oncologisch dagziekenhuis verteld), werd er laconiek geantwoord dat dat niet meer gedaan wordt.
Na een uurtje verliet ik gezwind het chirurgisch dagziekenhuis om nog pril gezinsgeluk te bewonderen. Ik arriveerde al iets minder gezwind thuis. De verdoving stilaan uitgewerkt, een pijnlijke linkerarm en een vervelend gevoel, die katheter. Maar ook dat zal wel wennen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Lymfestrengen: eufemisme voor lymfekrengen

Onvoltooid

Controle